Geofictie Wiki
Advertisement

De Isselse spoorwegen worden geëxploiteerd door het staatsbedrijf Streknis Isl (SI). Issel kent een relatief dicht spoorwegnet dat intensief wordt gebruikt. Opvallend is dat voor goederenvervoer meestal aparte sporen zijn aangelegd, zodat het reizigersvervoer er niet door wordt opgehouden. De Isselse spoorwegen rijden vrij stipt, al moet met name bij stoptreinen rekening gehouden worden met een vertraging.

Geschiedenis[]

De eerste trein reed in Issel in 1830 van It Ton naar Opmerra, een klein industrieplaatsje ten noorden van It Ton. Deze eerste treinrit was vooral symbolisch, het net stelde nog weinig voor. Pas in 1834 kwam de geplande spoorlijn echt gereed en konden er treinen rijden tussen It Ton en Marshefa. Later werd de lijn verder doorgetrokken naar Ny-Nesse en toen naar Neiste.

De tweede spoorlijn van Issel werd aangelegd tussen Endeheim en Swehei, op het eiland Beimsoage. Deze spoorlijn werd in 1837 in gebruik genomen en functioneerde vanaf het begin goed. Deze spoorweg kwam in handen van de particuliere maatschappij OBS (Ourfúr der Beimsoagar Strekka) die het netwerk op Beimsoage later nog uitbreidde.

Pas aan het eind van de 19e eeuw kreeg het Isselse spoorwegnet echt vorm door de aanleg van de grote spoorbruggen over de zeegaten tussen Lense, Kleif en Wiedsoage. Er kwam nu een directe verbinding tussen It Ton, Lujltjurk en Langheul. De spoorwegen op de westelijke eilanden kwamen na verschillende overnames in handen van de TIS (Tyjens Islar Strekka).

In de 20e eeuw groeide het spoorwegnet gestaag uit tot z'n huidige proporties. In de eerste helft van de twintigste eeuw werden de lijn It Ton-Langheul en de lijn Marshefa-Neiste door de TIS geëlektrificeerd. Op Beimsoage elektrificeerde de OBS zelfs alle lijnen, hoewel dat laatste vooral een prestigeproject was.

Na de oorlog volgden verdere elektrificaties, maar kwam bij de TIS ook steeds meer het klad erin: het materieel was oud en werd slecht onderhouden, de frequentie bleef achter bij de grote groei van het reizigersverkeer en de treinen reden niet stip. Halverwege de jaren zeventig besloot de Isselse regering in te grijpen door alle spoorwegen te nationaliseren. Dit betekende niet alleen het einde van de TIS, maar ook van de uitstekend functionerende OBS, wat tot veel protesten op Beimsoage leidde.

Vanaf de jaren tachtig werd zichtbaar dat de nationalisatie goed uitpakte. Er werd modern materieel aangeschaft, de frequentie werd verhoogd en de stiptheid verbeterde. De moderne Isselse spoorwegen (SI) zijn een succesvol en populair bedrijf, dat nog steeds als staatsbedrijf functioneert, maar wel winstgevend is geworden. Deze winst wordt gebruikt voor de uitbreiding van onder meer het spoorwegnet voor goederentreinen en voor de modernisering van stations en materieel.

Spoornetwerk[]

In Nordoage rijden geen treinen, in het Islar Lang wel. Het netwerk gaat uit van een noord-zuidlijn tussen It-Ton en Langheul en een oost-westlijn tussen Marshefa en Neiste. Een kleinere noord-zuidlijn loopt van Sweihei naar Endeheim. Al deze lijnen hebben verschillende vertakkingen.

AAN DEZE PAGINA WORDT NOG GEWERKT

Advertisement